Natuurorganisaties geven minister LNV 10 punten mee Landbouwakkoord

De verwachtingen voor het te sluiten Landbouwakkoord zijn hoog. Het akkoord moet op vele uitdagingen een antwoord bieden: een toekomstperspectief voor de sector, het verdienmodel van de boer, uitwerking van het concept kringlooplandbouw en een niet-vrijblijvende bijdrage van ketenpartijen.

Perspectief voor de boer én de natuur

In een gezamenlijke brief van de Natuur en Milieufederaties, Natuurmonumenten, Natuur & Milieu en Vogelbescherming Nederland roepen we minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) op de onderstaande tien aandachtspunten en prioriteiten een plek te geven, zodat er perspectief komt voor de boer én de natuur.

  1. Stel 31 maart 2023 als deadline aan de onderhandelingen vast en houd daarbij rekening met de tijdslijn van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).
  2. Werk tijdens de onderhandelingen door aan het kabinetsplan (‘perspectiefbrief’) met perspectief voor de landbouw. Boeren én de natuur kunnen geen vertraging permitteren.
  3. Er zijn nog geen doelen voor natuurherstel, water en klimaat vastgesteld voor 2040, terwijl deze doelstellingen een essentieel kader zijn waarbinnen het Landbouwakkoord tot perspectief voor de sector moet komen.
  4. Alleen met een visie gaan de onderhandelingen slagen. Uitgangspunten zijn wat ons betreft onder andere het Aanvalsplan Landschapselementen (met 10% groenblauwe dooradering), het Aanvalsplan Grutto, en de door LNV opgestelde Visie Kringlooplandbouw.
  5. Wij hechten er grote waarde aan dat de voorzitter van het Landbouwakkoord regie houdt op de deelnemers aan deze deeltafels. Het is wat ons betreft niet wenselijk dat aan enkel de hoofdtafel besloten wordt wie er aan de deeltafels zitting nemen.
  6. Richt naast sectortafels ook verticale ketentafels en tafels over specifieke aandachtspunten zoals pacht en biologische landbouw in.
  7. Houd vast aan de harde uitgangspunten dat de doelstellingen ten aanzien van natuurherstel en klimaat voor 2030, voor water in 2027, en de uitvoering van de aanbevelingen over piekbelasters, PAS-melders en de Kritische Depositie Waarde (KDW) vast staan.
  8. Maak gebruik van de artikel 210bis uit de GMO-verordening van de Europese Commissie voor het maken van duurzaamheidsafspraken tussen boeren, toeleveranciers, verwerkers en retail. Zo komen zij samen tot meer duurzame agrarische productie, verwerking en afzet met een goed verdienmodel.
  9. Wij adviseren om zo snel mogelijk een bovennorm voor GVE vast te stellen die niet hoger is dan 2,3GVE per hectare en een fors verlaagde norm rondom Natura2000 gebieden.
  10. Tussenresultaten en het eindresultaat van een Landbouwakkoord moeten door onafhankelijke, wetenschappelijke deskundigen getoetst worden op doelbereik. Als het de doelen niet bereikt, dan moet het akkoord aangepast worden.

De landbouwsector staat voor de grootste transitie sinds Mansholt. Boeren hebben behoefte aan perspectief en de natuur heeft behoefte aan herstel. Beiden kunnen niet langer wachten.