Vogelgriep vastgesteld bij wilde knobbelzwanen
Vogelgriep is een besmettelijke ziekte die bij pluimvee (zoals kippen of kalkoenen) en andere vogelsoorten (zoals duiven en zwanen) voorkomt. Vogelgriep is de verzamelnaam voor een ziektebeeld dat veel verschillende griepvirussen veroorzaakt. Na besmetting worden vogels snel ziek. Vaak al binnen enkele uren tot drie dagen. Dat uit zich in algehele sloomheid en dat de dieren geen geluid meer maken. In een later stadium zijn klachten als ademhalingsproblemen, diarree en oogontstekingen de voorboden van sterfte.
In zeldzame gevallen kunnen sommige virustypen overgaan van dier naar mens. Dit gebeurt alleen bij direct en intensief contact tussen besmette vogels en mensen. Bij mensen worden de klachten ervaren als een ‘gewone’ wintergriep: koorts, hoofdpijn, spierpijn, hoest enz.
Het vogelgriepvirus (HPAI van het serotype H5N8) dat nu is vastgesteld bij dode knobbelzwanen in Kockengen en verder westwaarts trekt is een hoogpathogene variant, d.w.z. is een zeer besmettelijke ziekteverwekker van biologische oorsprong, dus een bacterie, virus of parasiet. Een geïsoleerde wilde knobbelzwaan die ziek is kan het virus nauwelijks verspreiden, maar als er een familiegroep met het virus besmet raakt zullen alle zwanen uit die groep hoogstwaarschijnlijk sterven.
Op dit moment wordt door de Rijksoverheid het risico in kaart gebracht voor een pluimveebedrijf om besmet te raken met het virus. We hopen uiteraard niet dat dit zal gebeuren, omdat dan hoogstwaarschijnlijk drastische vervolgstappen nodig zullen zijn.
Zojuist werden bij de wintervogeltelling 6 dode en 2 stervende knobbelzwanen in polder Beneden Haastrecht aangetroffen. Zeer waarschijnlijk zijn deze zwanen getroffen door de vogelgriep. Nogmaals de oproep dus om alert te zijn en drie of meer dode vogels zoals eenden, zwanen of ganzen op dezelfde plek te melden, ook in de Krimpenerwaard. Dit kan bij het Landelijk Meldpunt voor dierziekten via telefoonnummer 045 – 54 631 88. Dit is belangrijk om verdere verspreiding van het virus te monitoren en indien mogelijk te voorkomen.